Protocol ongewenst gedrag

Concept Protocol Ongewenst Gedrag

1. Intentie
Witteveense Boys’87, sv Nieuw Balinge en de gezamenlijke jeugdafdeling WNBC’09 zijn tijdens verenigingsaktiviteiten verantwoordelijk voor het welzijn van haar leden, medewerkers en vrijwilligers. Zij dient in dit kader haar leden, medewerkers en vrijwilligers zoveel mogelijk te beschermen tegen ongewenst gedrag binnen de vereniging. Daartoe heeft het bestuur dit Protocol Ongewenst Gedrag opgesteld en wordt van iedere vrijwilliger die met jeugd werkt een VOG (Verklaring omtrent het gedrag) gevraagd. Centraal staat dat ongewenst gedrag in welke vorm dan ook ontoelaatbaar is. Iedere lid, medewerker of vrijwilliger dient zich dan ook van iedere vorm van seksuele intimidatie, discriminatie, intimiderend gedrag en pesten te onthouden.

Het beleid ongewenst gedrag heeft tot doel het bestrijden en voorkomen van seksuele intimidatie, discriminatie, intimiderend gedrag en pesten binnen de organisatie. Er wordt gestreefd naar een verenigingsklimaat waarin de leden, medewerkers en vrijwilligers elkaar op een respectvolle en correcte wijze behandelen.

Middelen om dit doel te bereiken zijn:
• bekendheid te geven aan het beleid;
• een vertrouwenspersoon aan te stellen en dit bekend te maken binnen de
vereniging;
• een lage drempel voor klagers om zich met klachten tot de vertrouwenspersoon te
kunnen richten;
• een adequate afhandeling van klachten.
• vrijwilligers die met jeugd werken dienen een VOG te overleggen.

2. Definities
2.1 Seksuele intimidatie.
Onder seksuele intimidatie wordt verstaan alle vormen van seksuele gedragingen en toenadering die door degene die het signaleert of ondergaat als eenzijdig, negatief, ongewenst en/of gedwongen worden ervaren. De verschillende vormen van seksuele intimidatie zijn:
• seksualiserend gedrag: het uiten van ongepaste affectieve gevoelens zowel in woord [opmerkingen en toespelingen] als gedrag, handelingen met een seksueel en/of erotisch getinte lading;
• onnodige aanrakingen: onnodige aanrakingen of betasting;
• ontucht met misbruik van gezag: ontucht onder misbruik van gezag ten opzichte van
ondergeschikten;
• aanranding: gedwongen worden tot het plegen dan wel dulden van ontuchtige
handelingen;
• verkrachting: tegen de wil gedwongen worden tot geslachtsgemeenschap en/of het
op andere wijze seksueel binnendringen van het lichaam.

2.2 Discriminatie.
Onder discriminatie wordt verstaan het onderscheid maken ten nadele van leden, medewerkers of vrijwilligers op basis van bijvoorbeeld geslacht, seksuele voorkeur, leeftijd, herkomst, huidskleur en nationaliteit.

2.3 Intimiderend gedrag / pesten.
In engere zin verwijst intimidatie naar een vorm van chantage waarbij de persoon die de intimidatie ondervindt wordt bedreigd. Het is belangrijk te beseffen dat alleen degene waarop de aandacht is gericht kan beoordelen of die aandacht gewenst of ongewenst is. Als een lid, medewerker of vrijwilliger aangeeft bepaald gedrag vernederend of belastend te vinden dan moet degene die zich zo gedraagt zijn/haar gedrag bijstellen.

2.4 Leden.
Een ieder die een of andere vorm van training volgt bij de Witteveense Boys’87, sv Nieuw Balinge en de gezamenlijke jeugdafdeling WNBC’09, dan wel deelneemt aan de overige activiteiten van de Witteveense Boys’87, sv Nieuw Balinge en de gezamenlijke jeugdafdeling WNBC’09.

2.5 Externe personen.
Personen die geen directe relatie hebben met de Witteveense Boys’87, sv Nieuw Balinge en de gezamenlijke jeugdafdeling WNBC’09. Gedacht kan worden aan introducés bij sportieve activiteiten, familieleden en vrienden van leden.

2.6 Medewerkers.
Alle trainers, vrijwilligers, stagiaires, etc. die verbonden zijn aan de Witteveense Boys’87, sv Nieuw Balinge en de gezamenlijke jeugdafdeling WNBC’09 ten behoeve van de vereniging.

2.7 Vertrouwenspersoon.
De vertrouwenspersoon is een persoon (eventueel buiten de vereniging) die door het bestuur is gevraagd op te treden als persoon tot wie de leden, medewerkers of vrijwilligers die geconfronteerd worden met ongewenst gedrag zich kunnen richten voor advies en ondersteuning.

2.8 Klachtencommissie.
De klachtencommissie is ingesteld door het bestuur en is belast met de behandeling van klachten die bij haar door o.a. de vertrouwensperso(o)n(en) of betrokkene worden ingediend over bijvoorbeeld ongewenst gedrag naar leden en/of medewerkers. De klachten commissie bestaat uit leden van sv Nieuw Balinge en de Witteveense Boys’87. Klachten t.a.v. WNBC’09 worden in de volledige commissie behandeld. Klachten buiten WNBC’09 en die alleen leden van één van de verenigingen betreft worden door het verenigingsdeel die het betreft in de commissie behandeld.

2.9 Geheimhouding.
Een ieder die in het kader van het klachtenonderzoek kennis neemt van gegevens waarvan hij/zij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden, is verplicht tot geheimhouding daarvan.

2.10 Jeugd.
Jeugdleden zijn leden vanaf de kabouters tot en met de A-junioren.

2.11 VOG.
Een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) is een verklaring waaruit blijkt dat het gedrag geen belemmering vormt voor de (nieuwe vrijwilligers) functie waarbij omgang is met minderjarige kinderen. De VOG staat ook wel bekend als het ‘bewijs van goed gedrag’. Witteveense Boys’87 vraagt voor alle leiders en trainers standaard een VOG aan.

3. Uitgangspunten
1. alle vormen van ongewenst gedrag worden beschouwd als een schending van de integriteit van leden, werknemers of vrijwilligers.
2. ongewenst gedrag kan leiden tot afname van concentratie, motivatie, zelfvertrouwen, ziekte (verzuim) en uiteindelijk tot het vertrek bij de vereniging.
3. het bestrijden en voorkomen van ongewenst gedrag is een onderdeel van het sociale beleid van de vereniging.
4. alle medewerkers en leden hebben de verantwoordelijkheid een bijdrage te leveren aan het voorkomen van ongewenst gedrag.
5. bestuursleden en medewerkers dienen zich kritisch op te stellen tegenover verschijnselen die ongewenst gedrag zouden kunnen veroorzaken en dienen hier tegen op te treden.
6. het bestuur is eindverantwoordelijk voor het voorkomen van ongewenst gedrag. Het beleid met betrekking tot ongewenst gedrag is in dit protocol verwoord en zal ook als zodanig worden uitgedragen.

4. Meldingen van (vermoeden) ongewenst gedrag
Voor iedere medewerker (ook vrijwilligers, stagiaires e.d.) van de Witteveense Boys’87, sv Nieuw Balinge en de gezamenlijke jeugdafdeling WNBC’09 geldt een meldingsplicht ten aanzien van ieder redelijk vermoeden van ongewenst gedrag tegenover een lid, medewerker of vrijwilliger. Dit echter pas na toestemming van het slachtoffer. Melding kan plaatsvinden bij de vertrouwenspersoon of klachtencommissie. Het bestuur ziet er op toe dat melder / klager geen nadeel ondervindt.

5. Klachtenbehandeling
Indien een lid, medewerker of vrijwilliger, melding wil doen van ongewenst gedrag kan hij/zij zich wenden tot de vertrouwenspersoon of direct een klacht indienen bij de klachtencommissie.

De volgende fasen kunnen doorlopen worden:
5.1 Vertrouwenspersoon.
Na melding bij de vertrouwenspersoon vindt er binnen twee werkdagen een eerste gesprek plaats. Een van de belangrijkste taken van de vertrouwenspersoon is het verzorgen van de eerste opvang van de klager. Het is van belang om in de eerste fase het probleem / de klacht helder te krijgen en samen met de klager te komen tot verdere strategiebepaling. De klager kan zich altijd laten bijstaan door iemand die zij of hij vertrouwt. Contacten met de vertrouwenspersoon zijn strikt vertrouwelijk. Alleen met toestemming van de klager kan de vertrouwenspersoon actie ondernemen, zoals het inzetten van bemiddeling of klager begeleiden bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie.
Alle mogelijkheden worden in de eerste instantie op een rij gezet om de gevolgen van ongewenst gedrag aan te pakken. Bij het doorpraten van de mogelijkheden gaat het enerzijds om wat de klager zelf wil en anderzijds om wat de feitelijke omstandigheden zijn. Een gesprek met de vertrouwenspersoon kan in sommige gevallen voldoende ondersteuning bieden. Ook het inzetten van een externe bemiddelaar behoort tot de mogelijkheden om tot een oplossing te komen.
Mocht dit niet lukken dan kan de vertrouwenspersoon de klager adviseren een formele klacht in te dienen bij de klachtencommissie. Gedurende het gehele traject van klachtenbehandeling ondersteunt de vertrouwenspersoon de klager.

5.2 Bemiddeling.
In deze fase bestaat de mogelijkheid om via een bemiddelaar te komen tot een oplossing van het probleem. Indien de klacht van dien aard is dat bemiddeling niet kan bijdragen aan een oplossing tussen beide partijen, kan deze fase worden overgeslagen. De klacht wordt in dit geval direct voorgelegd aan de klachtencommissie.
Als de vertrouwenspersoon en de klager inschatten dat het probleem opgelost kan worden via bemiddeling kunnen zij zoeken naar een persoon die de rol van bemiddelaar kan vervullen. Het is van belang dat de bemiddelaar acceptabel is voor zowel de klager alsook voor de aangeklaagde en een neutrale rol kan vervullen. Het doel van een bemiddelingsgesprek is dat het de aangeklaagde op deze wijze duidelijk wordt dat het probleem gesignaleerd is en dat van de aangeklaagde gedragsverandering wordt verwacht in de toekomst.

5.3 Klachtencommissie.
Als bemiddeling niet gewenst is of niet tot een oplossing heeft geleid, kan de klacht door de klager en/of vertrouwenspersoon bij de klachtencommissie worden ingediend. De klachtencommissie zal zich op basis van hoor en wederhoor een zo objectief mogelijk beeld van de situaties vormen en zal op basis hiervan een advies uit te brengen aan het bestuur over de te nemen maatregelen. Het is tevens mogelijk dat de klager zich direct tot de klachtencommissie wendt.
Anonieme klachten worden niet in behandeling genomen. Anoniem indienen van een klacht kan slechts indien de vertrouwenspersoon weet wie de klager is en deze vertegenwoordigt. De klager kan op ieder moment de commissie verzoeken de ingezette procedure te beëindigen. Dit verzoek wordt door de commissie gehonoreerd indien ook de aangeklaagde hiermee instemt. De aangeklaagde kan namelijk verzoeken het onderzoek toch voort te zetten om hem/haar van mogelijke blaam te zuiveren.

5.4 Het bestuur.
Het bestuur komt op basis van het advies van de klachtencommissie tot een besluit en zal daaraan uitvoering geven. Het is ook mogelijk dat de klager rechtstreeks een klacht indient bij het bestuur. Het bestuur kan dan de klachtencommissie inschakelen voor onderzoek van de klacht.

Het besluit van het bestuur wordt ter kennis gebracht aan de klager, de aangeklaagde, de klachtencommissie en de vertrouwenspersoon. Tevens wordt aangegeven of het besluit al dan niet afwijkt van het gegeven advies van de klachtencommissie.

Vertrouwenspersonen:
Marian van der Zwaag (lid sv Nieuw Balinge), Jari Hooijer (lid Witteveense Boys’87), Carla Kooistra (docent OB De Wenteling)
Klachtencommissie (waarvan een lid voorzitter is).
Roos Glastra (lid Witteveense Boys’87) Engbert de Vries (Witteveense Boys’87)

Social media protocol

Aanleiding;

Sociale media zoals onder andere Whattsapp, Linkedin, Youtube,Twitter, Snapchat en Facebook bieden de mogelijkheid om te laten zien dat je trots bent op de Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09. Zo kunnen ze een bijdrage leveren aan een positief imago van de club waarvoor je speelt of waarin je actief bent. Ook zijn de sociale media belangrijke hulpmiddelen in de communicatie binnen de Witteveense Boys’87 en WNBC’09. Desalniettemin is het belangrijk te beseffen dat je met berichten of door het plaatsen van foto’s of filmpjes op sociale media bewust of onbewust  het club imago  kunt schaden. Ook kun je op deze wijze de persoonlijke belangen van personen buiten de Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09 of van andere leden van de Witteveense Boys of WNBC’09 schaden. Witteveense Boys’87 vertrouwt erop dat haar leden verantwoord om zullen gaan met sociale media en heeft onderstaand protocol opgezet om haar leden daarin te ondersteunen.

Algemene uitgangspunten;

  1. Witteveense Boys’87 en WNBC’09 ondersteundn het belang van sociale media en vindt het van belang om deelgenoot te zijn van deze online media.
  2. Witteveense Boys’87 en WNBC’09 wijst haar leden op hun persoonlijke verantwoordelijkheid. Bij het gebruik van sociale media geldt tevens het Ongewenst Gedrag Protocol van de Witteveense Boys’87 en WNBC’09 en de missie-statement van de Witteveense Boys’87.
  3. De richtlijnen in dit protocol hebben enkel betrekking op club gerelateerde berichten of wanneer er een overlap is tussen Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09 en privé.
  4. Deze richtlijnen zijn bedoeld voor alle leden van de Witteveense Boys’87 en WNBC’09.

Sociale media binnen Witteveense Boys’87 en WNBC’09;

  1. Het is leden toegestaan om in club verband op de sociale media actief te zijn mits het belang van Witteveense Boys’87 en WNBC’09 en haar leden niet wordt geschaad in breedste zin van het woord.
  2. Elk lid is persoonlijk verantwoordelijk voor het gebruik van sociale media
  3. Elk lid is persoonlijk verantwoordelijk voor de inhoud welke hij of zij publiceert op blogs, fora en andere sociale media.
  4. Leden met een kader functie hebben een bijzondere verantwoordelijkheid bij het gebruik van sociale media i.v.m. Witteveense Boys’87 en WNBC’09: privémeningen van kader leden kunnen eenvoudig verward worden met de officiële standpunten van de Witteveense Boys’87 en/og WNBC’09.
  5. Elk lid dient zich ervan bewust te zijn dat de gepubliceerde content gerelateerd aan Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09 of haar leden voor onbepaalde tijd openbaar zal zijn, ook na verwijdering van het bericht.
  6. Indien een lid deelneemt aan een discussie die (op enigerlei wijze) te maken heeft met Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09 dient elk lid zich ervan bewust te zijn dat zij / hij lid is van de Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09 en onderhavig is aan deze gedragscode.
  7. In geval een online discussie dreigt te ontsporen en daardoor de belangen van de Witteveense Boys’87 en/of WNBC’09 kunnen worden geschaad, dient elk lid direct contact op te nemen het bestuur van de Witteveense Boys’87.
  8. Bij twijfel of een publicatie op de sociale media de Witteveense Boys en/of WNBC’09 belangen mogelijk schaad dienen leden contact op te nemen met het bestuur van de Witteveense Boys’87.

Sociale media in algemene zin;

  1. Witteveense Boys’87 beseft dat de sociale media onlosmakelijk zijn verbonden met de samenleving.
  2. Elk gebruik van sociale media waarbij personen worden gekwetst of beledigd wijst Witteveense Boys’87 en WNBC’09 ten zeerste af.
  3. Het bestuur van de Witteveene Boys’87 zal, bij foutief gebruik van de sociale media in de verbanden zoals bovenstaand beschreven, met in acht nemen van het binnen de Witteveense Boys’87 geldende Ongewenst Gedrag Protocol en missie-statement en dit sociale media protocol passende maatregelen nemen om schade voortkomend uit foutief gebruik verder te voorkomen en te beperken.

Bestuur Witteveense Boys’87 en Jeugdcommissie WNBC’09

Missie vv Witteveense Boys’87:

“Het doel van de Witteveense Boys is om iedereen die wil voetballen op welk niveau dan ook een sociaal en sportief onderdak te bieden bij de club. Dit betekent dat de club zal streven om voetbal mogelijk te maken voor mannen en dames van welpen tot en met veteranen, maar ook zal trachten activiteiten te ontplooien voor niet meer actief spelende voetballers.

De club ziet de regio Witteveen als haar werkgebied.
De Witteveense Boys’87 wil een belangrijke sociale ontmoetingsplaats zijn voor Witteveen en directe omgeving voor jong en oud, leden en niet-leden. Om dit te bereiken zal de club behalve het verzorgen van trainingen en wedstrijden ernaar streven om diverse activiteiten te ontplooien die er opgericht zijn om mensen samen te brengen.
De Witteveense Boys’87 willen in een sportieve sfeer plezier bieden aan spelende en niet-spelende leden, vrijwilligers, ouders en toeschouwers. We gaan respectvol met elkaar om, discrimineren niet en zijn loyaal aan de club.”

Bestuur vv Witteveense Boys’87